Het vest of de jas werd over het hemd en het gilet gedragen als bescherming tegen regen en wind. Er bestond een grote variatie aan modellen en kleuren. De jas werd vervaardigd uit dikke lakenstof (wol), die water- en windafstotend was, goed isoleerde en dus verwarmde. Je kan kiezen tussen een korte, een halflange (korte jas met panden) of ¾ jas. Richtlijnen
- De jas is verplicht.
- De jas wordt gemaakt uit laken (dikke, dichtgeweven wollen stof). Zie Stoffen.
- De jas wordt gevoerd. Mouwen hoeven niet gevoerd te worden (afhankelijk van de dikte van de stof).
- De mouwen zijn tweedeling.
- Het model en de kleur kunnen vrij worden gekozen. Kleine tekeningen, ruiten toegelaten. Zie Kleuren.
- Epauletten niet toegelaten
- (Binnen-)zakken zijn toegelaten.
- Enkel een echte dubbele rij knopen toegelaten (dus valse rij knopen is niet toegelaten).
- Achtergeschoven schoudernaden verplicht.
|